Eduard (Edie) werd op 17 mei 1909 in Amsterdam geboren als enige zoon van zijn ouders.
Ook hij kon goed leren en ging na de HBS aan de Mauritskade naar de MTS in Haarlem. Daarna ging hij naar de Technische Hogeschool in Delft, waar hij afstudeerde als ingenieur weg- en waterbouw. In Delft onmoette hij zijn latere, niet Joodse, echtgenote.
Omdat er in de dertiger jaren grote werkloosheid was richtte hij zijn aandacht op het buitenland. Van 1936 tot 1938 werkte hij in Mexico en daarna tot eind 1939 in Liberia.
Toen de 2e Wereldoorlog uitbrak wisten zijn vrouw en hij niet anders te doen dan snel naar Nederland terug te gaan…………..
Snel vond hij werk als ingenieur bij de Rijkswaterstaat in Alkmaar. Daar werd op 30 april 1941 zijn eerste kind, Erik geboren. Omdat Joden vanaf begin 1942 daar niet meer in Alkmaar mochten wonen trok hij bij zijn ouders in Amsterdam in. Zijn vrouw was zwanger en zij trok bij haar ouders in Delft in.
Op 5 mei 1942 liep hij op 5 mei 1942 hetzelfde foute politiebureau binnen, waar zijn vader het slachtoffer van was, om te melden dat hij zijn persoonsbewijs had verloren, naar verluid omdat hij gepoogd had de vermelding “Jood” eruit te krassen en daar niet meer mee tevoorschijn kon komen.Omdat hij de vanaf 2 mei verplichte Jodenster niet droeg, werd hij om die reden gearresteerd. Via de gevangenis aan de Weteringschans en Kamp Amersfoort werd hij in het eerste transport op 17 juli doorgestuurd naar Auschwitz, waar hij op 19 augustus 1942 vermoord werd, 9 dagen vóór de geboorte van zijn tweede kind, een dochter.