Elsje wordt op 13 maart 1884 geboren te Lemsterland als dochter van Marcus Davidson en Froukje Velleman. Ze staat overal benoemt als ‘Elsje’, in haar geboorteakte staat echter de naam ‘Esje’ geregistreerd. 

Elsje trouwt op 16 november 1906 met Emanuel Mendels in Lemsterland. Zij woonde samen met hem en hun pleegzoon, Abraham Delmonte, aan de van Helomalaan 10 in Wolvega. Abraham was sinds 27 september 1910 onderdeel van de familie, hij was toen twee jaar. Abraham was het zoontje van de zus van Emanuel, Betje. Het huwelijk was tot dusver kinderloos, daarom ontfermde het paar zich over het nieuwe familielid. Het dove broertje en zusje van Emanuel woonde ook in Wolvega.

Emanuel was mede-eigenaar van een goedlopende exportslagerij in Wolvega. Zijn pleegzoon werkte als boekhouder voor het bedrijf. De exportslagerij is tijdens de bezetting onteigend door de Duitsers. Dit gebeurde bij ruim 7000 panden en stukken grond die onder Joods eigenaarschap vielen. Abraham overleed de dag na de Nederlandse capitulatie door zelfmoord. Hij diende destijds als sergeant van de Bevrijdingstroepen in Amsterdam.

Emanuel wordt op 14 december 1942 opgepakt door de Duitsers en naar deportatiekamp Westerbork gebracht. Zij wordt drie maand later, op 16 maart 1943, opgepakt en naar deportatiekamp Westerbork gebracht. Ze wordt daar echter niet herenigd met haar man, maar een dag later al op transport naar vernietigingskamp Sobibor gezet.

Laatste woonadres: Van Helomalaan 10 te Wolvega
13 maart 1884 – 20 maart 1943

Van Helomalaan anno 2021.

Struikelsteen voor Elsje Mendels-Davidson in Wolvega.

Bronnen:

Vries, de, H., & Looijenga, L. (z.d.). Stolpersteine Van Helomalaan 10. Traces of War.
Redactie Joods Monument. (2016, 7 april). Over Emanuel Mendels. Joods Monument.