Een maand later dan de oorspronkelijke planning, dit vanwege de vulkaanuitbarsting in IJsland, kon de Herdenkingsreis 2010 van 17 t/m 20 mei alsnog doorgang vinden, al moesten helaas vijf van de 38 oorspronkelijke reizigers hun deelname afzeggen.
De groep bestond zowel uit nabestaanden, waarvan een aantal een steen had laten plaatsen aan de Gedenklaan, als – inmiddels een vaste traditie – uit een aantal Statenleden van de provincie Gelderland. Deze provincie heeft een zusterrelatie met de Poolse provincie Lubelskie, de provincie waarin Sobibor ligt.
Na de reisdag op vrijdag werd op zaterdag het voormalige vernietigingskamp Sobibor bezocht. We startten bij het voormalige stationnetje, waar onze rondleiding begon en voorgelezen getuigenverklaringen het verleden enigszins invoelbaar maakten. Het bezoek aan de Gedenklaan maakte veel emoties los, die hun culminatie vonden in de ontroerende herdenking bij de zogenaamde asheuvel. Alle aanwezigen lazen namen voor van vermoorde Joden. Er werd Yizkor en Kaddisj gezegd.
De zondag begon in de synagoge van Wlodawa. Hier sloot een groep leerlingen uit Lublin met hun twee leraressen zich bij ons aan. In Sobibor onthulden zij een steen voor de vermoorde familie van Leon Feldhendler, een van de leidende figuren van de Opstand in Sobibor. De leerlingen hadden zijn geschiedenis onderzocht en ontdekt dat zijn vrouw, kinderen en zijn zwager in Sobibor waren omgebracht. De steen om deze familie te herdenken hebben zij zelf gerealiseerd. Hoe teleurstellend het voor hen ook was dat wij niet op 19 april, Holocaust Memorial Day in Polen, aanwezig konden zijn, ze hadden speciaal op onze komst gewacht met het onthullen van de steen.
Op de laatste dag leek de reis huiswaarts opnieuw verstoord te worden door de IJslandse aswolk, maar de vertraging bleef gelukkig beperkt. Ondanks de onzekerheid over de vlucht naar huis verzorgde onze vaste buschauffeur Jurek een interessante rondreis door Warschau, waarbij het voormalige getto de meeste aandacht kreeg.